Vrijwilligerswerk

  • Marieke

    Hallo Indiagangers!

    Ik wil even een item posten over vrijwilligerswerk in India.

    Dit omdat ik er dubbele gevoelens over heb gekregen.

    In 2006 hebben we een paar weken vrijwilligerswerk gedaan

    voor een organisatie die IDEX heet. Het was heel leuk, maar

    naar mijn idee sloeg het helemaal nergens op.

    Ik heb het idee dat vrijwilligerswerk in India gewoon dikke business is

    geworden, en dat de ‘verkeerde’ mensen er iets (of veel) aan over houden.

    Zo ook een weeshuis waar we een keer zijn geweest, vlakbij Mahabalipuram.

    Het leek allemaal heel ‘echt’, maar later hoorde ik dat het is opgezet om

    kinderen te exploiteren en geld te verdienen.

    Ik ben benieuwd naar meningen van mensen over dit onderwerp!

    Groet, Marieke

  • Khan

    Marieke schreef:

    > Ik heb het idee dat vrijwilligerswerk in India gewoon dikke

    > business is

    > geworden, en dat de ‘verkeerde’ mensen er iets (of veel) aan

    > over houden.

    Zgn. “vrijwilligerswerk” heb ik nooit uit eigen waarneming gezien, wel ken ik het verschijnsel “weeshuis”. Alle inrichtingen die ik ken zijn sowieso dikke business. (Door omstandigheden waar ik mij verder niet over wil uitlaten heb ik de gelegenheid gekregen deze “bedrijfstak” van binnenuit te bestuderen; het gehele gehuil rond de Tsunami met als hoogte(diepte)punt een kerel in Sri Lanka die het voorelkaar kreeg om op CNN te verschijnen heeft mijn persoonlijke ervaringen alleen bevestigd. Ik weet een aantal gevallen waarin sponsors uit de USA en UK willens en wetens meedoen met het hele circus. Ik vermoed dat men een “leugentje om bestwil” (keiharde leugens over de achtergrond en financiele positie van de betreffende beheerder en de instelling) een legitiem middel vindt gezien het “hogere doel”: verspreiding van het Christelijk geloof in India).

  • theo

    Wildgroei van weeshuizen

    Goede bedoelingen, gemiste kansen

    20 augustus 2007 (MO) - Veel westerlingen zetten na een vakantie in een arm land een eigen project op. Alleen al in Nederland zijn meer dan vijftig stichtingen met een project in Nepal. Maar draagt deze doe-het-zelfhulp wel bij aan daadwerkelijke bestrijding van de armoede?

    Nepal is een van de armste landen van de wereld. Vooral in de hoofdstad Kathmandu is het aantal straatkinderen in de afgelopen jaren flink gestegen vanwege de onlangs beëindigde burgeroorlog en de nog altijd slechte economische omstandigheden. Buitenlanders willen vaak iets voor deze ‘wezen’ doen en richten samen met hulpvaardige Nepalezen een kindertehuis op.

    Begin dit jaar waren er in Nepal 1065 kindertehuizen, waarvan 366 in Kathmandu. Als elk tehuis gemiddeld 40 kinderen herbergt, betekent het dat alleen al in de hoofdstad meer dan 15.000 kinderen van de straat worden gered.

    Van de duizenden opgevangen kinderen is echter een klein deel daadwerkelijk wees. Het is dan ook de vraag of er meer tehuizen komen omdat er meer straatkinderen zijn, of dat er wellicht sprake is van een omgekeerd proces. Voor ouders is het plezierig dat kinderen in een tehuis betere voeding en onderwijs krijgen dan zij zelf ooit kunnen bieden. Met de komst van kindertehuizen groeit dan ook het belang ervan.

    Achttien jaar

    Oppervlakkig gezien lijkt het altijd beter als je arme straatkinderen onderbrengt in een tehuis. Maar is het voor de kinderen werkelijk gunstig dat zij worden opgevoed in een tehuis? In sommige tehuizen krijgen ze nog steeds te weinig eten. Andere, door westerse organisaties gerunde tehuizen, zijn relatief erg rijk. Hoewel de kinderen in dit soort tehuizen in luxe kunnen leven, groeien ze niet op bij hun familie of in hun eigen cultuur en hebben ze te maken met steeds wisselende westerse vrijwilligers.

    Op de lange termijn kan het daardoor zelfs nadelig voor de kinderen zijn. Als ze achttien jaar oud zijn, moeten ze immers een eigen leven opbouwen. Voor velen betekent dit een einde aan de welvaart en vaak zijn ze na al die jaren hun familie en etnische cultuur kwijt. Omdat de meeste tehuizen pas de laatste jaren zijn gestart, is niet bekend of de kinderen zichzelf na verloop van tijd kunnen redden.

    Ook financieel zitten er grote consequenties aan het opzetten van een kindertehuis of een schooltje. De verantwoordelijkheid die initiatiefnemers voor deze kinderen aangaan, is zeer groot en voor een lange periode, want het project moet doorgaan totdat de kinderen volwassen zijn. Als het tehuis na een paar jaar moet sluiten omdat het niet is gelukt voldoende geld in te zamelen, zijn de kinderen nog slechter af dan voorheen: nu zijn ze pas echt wees geworden.

    Donaties

    Scholing, voeding en andere variabele kosten bedragen in een kindertehuis ongeveer 33 euro per kind per maand. Aangezien kindertehuizen ook ‘business’ zijn, vragen sommige tot 50 euro per kind per maand. Voor 40 kinderen bedragen de kosten dus minstens 16.000 euro per jaar, nog exclusief de kosten van de Nepalese staf en het gebouw. Ondanks de hoge grondprijs wil namelijk elke organisatie zijn eigen stuk grond kopen en een eigen gebouw neerzetten. Hiervoor circuleren prijzen tussen de 80 duizend en 230 duizend euro.

    Als van de vijftig Nederlandse stichtingen er veertig een kindertehuis of school opzetten, dan hebben die een investering gedaan van naar schatting drie à vier miljoen euro. Bovendien moeten ze jaarlijks meer dan een half miljoen ophalen aan variabele kosten. Al dat geld moet in Nederland worden opgehaald en gaat meestal ten koste van donaties aan projecten die gericht zijn op structurele armoedebestrijding, ofwel projecten die eraan bijdragen dat ouders zelf voor hun kinderen kunnen zorgen. Een gemiste kans, want tehuizen blijven altijd afhankelijk van buitenlandse gelden en dragen niet bij aan de verzelfstandiging van het land.

    Handel

    Helaas zijn bovengenoemde kosten niet het enige probleem. Vaak is het zo dat Nepalezen die er bij westerlingen op aandringen een weeshuis te beginnen, dat doen uit eigenbelang. Er is een enorme werkeloosheid in Nepal en het opzetten van een weeshuis betekent een goede en vaste bron van inkomsten. Met een beetje geluk kunnen in het tehuis zelfs nog meer familieleden werken.

    Er is niets op tegen dat iemand een inkomen verdient door te werken in een tehuis, maar dat moet niet de belangrijkste drijfveer achter het initiatief zijn.

    Ook vragen Nepalezen soms om een plek waar kinderen uit hun dorp naar school kunnen gaan. Vaak zijn er lokaal wel scholen, maar zijn de docenten slecht of komen ze niet altijd opdagen.

    In plaats van te investeren in het lokale onderwijs, plaatsen stichtingen de kinderen in een hostel, ver weg van hun dorp. En dat terwijl het vele malen goedkoper en doeltreffender is een extra docent te betalen en een toelage aan docenten die daadwerkelijk dagelijks lesgeven. Als er lokaal geïnvesteerd wordt, kunnen tientallen kinderen profiteren van misschien 800 euro per jaar, terwijl voor datzelfde geld maar twee kinderen in een hostel kunnen verblijven.

    Criminele praktijken

    Kindertehuizen trekken ook andersoortige problemen aan. Sinds enkele jaren duiken verhalen op van mensen die straatkinderen verhandelen tussen weeshuizen. Voor enkele duizenden roepies wordt een kind weggehaald bij de ouders en vervolgens wordt het voor twaalfduizend roepie (130 euro) aangeboden bij een kindertehuis. Voor sommige kindertehuizen is dat een koopje, omdat ze van de buitenlandse donoren tot wel 50 euro per maand kunnen krijgen voor zo’n kind. Een kleine marge is voldoende om binnen een jaar winst te maken. Het is een handel die in Nepal welig tiert. De Nepalese politie probeert het te voorkomen, maar door de enorme groei van kindertehuizen is dat onbegonnen werk.

    Verder berichtte de Nepali Times onlangs over de enorme groei van illegale adoptie van kinderen uit tehuizen door buitenlanders. Er worden enorme bedragen neergeteld om een kind mee te nemen. De ouders weten van niets, hen wordt aangeboden het kind naar Kathmandu te sturen voor een ‘betere opvoeding’. Daar wordt het vervolgens vanuit een tehuis als ‘wees’ met valse papieren verkocht aan een buitenlands gezin.

    Sommige kindertehuizen zijn dekmantels voor nog vreselijker praktijken. Er zijn westerlingen die weeshuizen beginnen als dekmantel van hun pedofilie. Onlangs is Henk M. uit Nederland, directeur van Hamro Jivan in Nepal, op heterdaad betrapt en opgepakt, en er circuleren nog andere namen van Nederlanders die zich in dit verband aan pedofilie schuldig zouden maken. Ook verkopen weeshuizen kinderen aan de seksindustrie of aan Indiase circussen door. De Nepali Times meldt dat in Kathmandu alleen al vijftig tehuizen een zeer twijfelachtig kaliber hebben.

    Toezicht

    Helaas is er, zowel in Nederland als in Nepal, geen wetgeving die regelt wie aansprakelijk is indien zaken misgaan. Een kindermisbruiker kan wel gestraft worden, maar wie is verantwoordelijk als de negatieve effecten alleen indirect zijn? En wat gebeurt er met de kinderen als er na een paar jaar niet genoeg geld meer is?

    Het is van groot belang dat er scherper toezicht komt op particuliere projecten en dat hun activiteiten een degelijke effectiviteittoetsing ondergaan. Goede bedoelingen zijn immers absoluut geen garantie voor een positief gevolg. In Nepal houdt de Social Welfare Council toezicht op projecten van ngo’s. De Nepalese overheid heeft echter geen geld of mankracht voor voldoende controle en begeleiding van alle projecten. Wellicht kunnen grote Nederlandse ontwikkelingsorganisaties de hulp aan een bepaald land coördineren en meer toezicht houden op de effectiviteit van de werkzaamheden.

    Omdat de meeste grote ontwikkelingsorganisaties, wegens het ontbreken van een duurzaam karakter van de hulp, niet bijdragen aan de kosten van kindertehuizen, komt het geld van individuele donateurs. De werving van donaties loopt door het emotionele aspect vaak goed. Een foto van een zielig kindje levert meer geld op dan een foto van een ouder die hard werkt op het land om zijn gezin te onderhouden.

    Toch hebben ook donateurs een verantwoordelijkheid. Opvang van echte weeskinderen is uitstekend, maar als de familie te arm is om schoolgeld te betalen, dan moet men zich afvragen of plaatsing in een tehuis wel de juiste oplossing is. Als het gezin gesteund wordt – niet met contant geld, maar met mogelijkheden om inkomen te genereren – dan heeft de hele familie meer te eten én is er geld voor school.

    Met het geld dat gedurende één jaar voor een kind in een tehuis wordt uitgegeven (400 à 500 euro) kunnen zo meerdere gezinnen worden ondersteund. Door verschaffing van een buffel ter waarde van 250 euro kan een familie met de verkoop van melk gedurende een lange periode veel verdienen. Dat is echte armoedebestrijding.

    Zinnige hobby

    Er zijn zeker weeshuizen nodig, maar het huidige aantal, 1065 landelijk en 366 in Kathmandu, is echt te groot. Een tip voor mensen die iets willen doen voor Nepal is dan ook zich aan te sluiten bij een bestaande stichting. Wees te allen tijde bewust van de effecten van een project, zowel op individueel niveau als in de gemeenschap. Voor de gevers betekent een project een zinnige hobby, voor de ontvangers kan het leven ervan afhangen. De beste projecten zijn gericht op de oorzaken van de problemen, ofwel het bestrijden van armoede. Als je alleen maar school voor de kinderen biedt, moet de familie nog steeds honger lijden. Alleen zelfredzaamheid kan de cirkel van armoede doorbreken.

    Naschrift

    Susan van Klaveren en Wilko Verbakel zijn respectievelijk voorzitter en penningmeester van de Nederlandse NGO de International Council for Friends of Nepal (ICFON). Deze stichting adviseert, financiert en controleert ontwikkelingshulpprojecten die door Nepalese samenwerkingspartners worden uitgevoerd. De stichting bestaat geheel uit vrijwilligers. Meer informatie over ICFON vind u op www.icfon.nl. Eventuele vragen kunt u ook altijd per e-mail aan ons stellen (secretariaat(at)icfon.nl). Het bovenstaande artikel is eerder gepubliceerd als essay in het Nederlandse tijdschrift voor ontwikkelingssamenwerking de ViceVersa (april 2007).

  • Shirley

    Dat blijft een zeer goed artikel.

  • Marieke

    Goed artikel!

    Ik denk dat veel mensen die voor de eerste keer

    in India komen (of een dergelijk land) vaak niet in de gaten

    hebben hoe het daar echt werkt. Op onze eerste India-reis, en dat was

    ook meteen de eerste verre reis, zag ik alleen maar ‘zielige’

    kindjes. Ik wilde graag een steentje bijdragen, en heb dat geprobeerd.

    Maar het heeft niks opgeleverd, dat is jammer. Het is dus eigenlijk

    alleen maar een teleurstelling achteraf.

    Ik lees nog steeds wel eens verhalen van mensen op dezelfde plaats

    'vrijwilligerswerk' hebben gedaan als ik. Iedereen is eigenlijk positief,

    en ik denk dat dat komt omdat je daar komt met een positieve instelling,

    en je wilt niet zien dat het niet in orde is want daar kom je niet voor.

    Maar als je een beetje verder kijkt dan zie je gewoon dat het alleen maar

    een opgezet project is om geld te verdienen aan naieve toeristen.

  • theo

    Marieke schreef:

    >

    > Goed artikel!

    >

    > Ik denk dat veel mensen die voor de eerste keer

    > in India komen (of een dergelijk land) vaak niet in de gaten

    > hebben hoe het daar echt werkt. Op onze eerste India-reis, en

    > dat was

    > ook meteen de eerste verre reis, zag ik alleen maar ‘zielige’

    > kindjes. Ik wilde graag een steentje bijdragen, en heb dat

    > geprobeerd.

    > Maar het heeft niks opgeleverd, dat is jammer. Het is dus

    > eigenlijk

    > alleen maar een teleurstelling achteraf.

    >

    > Ik lees nog steeds wel eens verhalen van mensen op dezelfde

    > plaats

    > ‘vrijwilligerswerk’ hebben gedaan als ik. Iedereen is

    > eigenlijk positief,

    > en ik denk dat dat komt omdat je daar komt met een positieve

    > instelling,

    > en je wilt niet zien dat het niet in orde is want daar kom je

    > niet voor.

    > Maar als je een beetje verder kijkt dan zie je gewoon dat het

    > alleen maar

    > een opgezet project is om geld te verdienen aan naieve

    > toeristen.

    Ja, Marieke, daar komt het vaak op neer.

    Gelukkig zijn er wel veel andere initiatieven die wel werken.

    We hebben bv een school gerenoveerd waar dagelijks nog maar16 kinderen les kregen. Toen we de situatie bekeken met de extreme armoede en kinderarbeid en wat we er aan konderen veranderen, was het mogelijk om voor 5ct perdag per kind er meer dan 50 leerlingen bij te krijgen, het schooltje puilt nu uit. Dat is in Nepal, in een ander land in de regio waar we werken is 10% van alle kinderen wees of halfwees, zonder 1 weeshuis redden ze het allemaal. Ze worden opgevangen bij oom en tante of andere familieleden en ze gaan naar school.

    Weeshuizen zijn er vooral voor degene die er graag willen werken, voor de kinderen is het vooral slecht, maar dat is al wel duidelijk.

    Groet, Theo.

  • Marieke

    Dat is idd wel een goed initiatief!

    Zijn er ook meer leraren bij gekomen

    want vooral dat is denk het grootste probleem?

    Wij hebben toen geholpen op een schooltje met Engels,

    aardrijkskunde en creatieve lesjes. Ik heb het idee dat

    het niveau van de leraren op de kleine overheids-basis-schooltjes

    niet altijd even hoog is. (?)

    De eerste dag dat we daar kwamen, deed de hoofd-leraar voor

    hoe we les moesten geven. Hij had een groot schoolbord, en de

    kinderen een boek. Ze sloegen de bladzijde open waar ze waren gebleven,

    dat wisten ze precies. De leraar las de zin op: ‘The bird lives in a nest’.

    De kinderen herhaalden alles 6 keer, en moesten het opschrijven

    op het schoolbord en in de schriften.

    De dag daarna mochten we zelf lesgeven. Ik wilde kijken of

    ze begrepen wat ze zeiden. Dus ik tekende een vogel op het schoolbord.

    Toen werd wel duidelijk dat ze de zin niet begrepen.

  • theo

    Marieke schreef:

    >

    > Dat is idd wel een goed initiatief!

    > Zijn er ook meer leraren bij gekomen

    > want vooral dat is denk het grootste probleem?

    Je we krijgen op termijn 1 leraar erbij, overheids.

    1 vrijwillige onderwijskracht financieren we tijdelijk

    >

    > Wij hebben toen geholpen op een schooltje met Engels,

    > aardrijkskunde en creatieve lesjes. Ik heb het idee dat

    > het niveau van de leraren op de kleine

    > overheids-basis-schooltjes

    > niet altijd even hoog is. (?)

    is ook niet hoog, verwacht niet veel.

    In ons gebied krijgen onderwijzers cursussen,

    er komen kinderen van school die zich heel goed redden.

    >

    > De eerste dag dat we daar kwamen, deed de hoofd-leraar voor

    > hoe we les moesten geven. Hij had een groot schoolbord, en de

    > kinderen een boek. Ze sloegen de bladzijde open waar ze waren

    > gebleven,

    > dat wisten ze precies. De leraar las de zin op: 'The bird

    > lives in a nest'.

    > De kinderen herhaalden alles 6 keer, en moesten het opschrijven

    > op het schoolbord en in de schriften.

    > De dag daarna mochten we zelf lesgeven. Ik wilde kijken of

    > ze begrepen wat ze zeiden. Dus ik tekende een vogel op het

    > schoolbord.

    > Toen werd wel duidelijk dat ze de zin niet begrepen.

    Maar ja daar sta je dan zonder dat je de lokale taal spreekt om het uit te leggen. :D

    Leer eerst dan maar Tamil of Hindi of… als je echt iets wilt doen.

    Maar is dat zo nodig. Nee, laat ze het zelf op hun eigen manier doen en leren.

    ze komen er wel, op hun manier.

    Vooral niet onze dingen opleggen dus?

  • Marieke

    Ja daar zit iets in!

  • Kannadiga

    Hoe kun je nu helpen met lesgeven als je de kinderen niet eens kunt verstaan?

    Stel dat een Indier in Nederland komt met hulp geven bij Engelse les, en hij verstaat geen woord Nederlands. En dan is het Nederlands accent onverstaanbaar voor Indiers.

    Geholpen met aardrijkskunde. Ken je alle deelstaten met hoofdsteden.

    Ik snap werkelijk niet wat die lui daar te zoeken hebben. Misschien alleen maar voor het goede gevoel. Eigenbelang dus.

    Ga toch gewoon naar India om vakantie te houden. Dan stimuleer je de locale economie.

    Marieke schreef:

    >

    > Dat is idd wel een goed initiatief!

    > Zijn er ook meer leraren bij gekomen

    > want vooral dat is denk het grootste probleem?

    >

    > Wij hebben toen geholpen op een schooltje met Engels,

    > aardrijkskunde en creatieve lesjes. Ik heb het idee dat

    > het niveau van de leraren op de kleine

    > overheids-basis-schooltjes

    > niet altijd even hoog is. (?)

    >

    > De eerste dag dat we daar kwamen, deed de hoofd-leraar voor

    > hoe we les moesten geven. Hij had een groot schoolbord, en de

    > kinderen een boek. Ze sloegen de bladzijde open waar ze waren

    > gebleven,

    > dat wisten ze precies. De leraar las de zin op: 'The bird

    > lives in a nest'.

    > De kinderen herhaalden alles 6 keer, en moesten het opschrijven

    > op het schoolbord en in de schriften.

    > De dag daarna mochten we zelf lesgeven. Ik wilde kijken of

    > ze begrepen wat ze zeiden. Dus ik tekende een vogel op het

    > schoolbord.

    > Toen werd wel duidelijk dat ze de zin niet begrepen.