Engels is de taal van de macht en prestige.
Contacttaal van elite van verschillende moedertaalsprekers. Contacttaal van arbeiders van verschillende taalachtergrond is Hindi.
Een arbeiders uit Bihar die in Bangalore werkt spreekt Hindi met de Kannadataligen. Zo ook een arbeider of lage ambtenaar uit Gujarat in Kalkata (Bengaalstalige) spreekt Hindi. Hoewel hun moedertaal geen Hindi is.
Hoge zakenlieden of mensen uit de universiteitswereld gebruiken in plaats van Hindi Engels. Vaak ook als ze de zelfde moedertaal spreken. Dit om hun prestige te verhogen. Mensen die geen Engels kennen (90 % van de Indiers) kunnen wel Engelse woorden door hun taal gooien om zo hun prestige te verhogen.
Het Engels verschilt per streek. Een Bengaal zal anders Engels spreken dan bv een Tamil.
Bijvoorbeeld: to think is in het Noord-Indiase Engels , met een dentale geaspireerde t. In het Zuid-Indiase Engels is het , met een dentale ongeaspireerde t. T en D (niet th) zijn in alle vormen van het Indiase Engels retroflexe (cerebrale) plosieven.
Bijna alle literatuur de in India geproduceerd wordt is geschreven in de Indiase talen. De enkelen die in het Engels schrijven doen dit voornamelijk voor een westers publiek. In deze literatuur komen onderwerpen voor die juist westerlingen willen lezen over India.